Nederland overweegt euthanasie bij kinderen jonger dan 12 jaar zonder hun toestemming

Auteur / Bron : Gepubliceerd op : Thema : Einde van het leven / Euthanasie en geassisteerde zelfmoord Nieuws Temps de lecture : 1 min.

 Afdrukken

Het kabinet van Ernst Kuipers, de Nederlandse minister van Volksgezondheid, heeft op 14 april 2023 in een verklaring gericht aan het Nederlandse parlement waarbij het een wijziging aankondigt van de huidige Regeling Late Zwanger­schapsafbreking en Levensbeëindiging Pasgebore­nen (LZA of LP). De nieuwe regeling zal euthanasie toelaten bij kinderen tussen 1 en 12 jaar (L1-12) die terminaal zijn en lijden aan een ziekte die pal­liatieve zorg niet kan verlichten. Jaarlijks betreft het onge­veer 5 à 10 kinderen. Hoewel de regering er niet eensgezind achter staat en de regeling veel ethische vragen oproept, zal de minister ze invoeren bij gewoon besluit,  dus buiten het parlement om.

De Nederlandse regeling vertekt vanuit de autonomie van ouders en artsen, in tegenstelling tot de Belgische, die bij de minderjarige (sinds 2014 weliswaar zonder leef­tijds­beperking) een voldoende onder­schei­­dings­vermo­gen als voorwaarde stelt. Van een kind tussen 1 en 12 jaar kan men moeilijk ver­wachten dat het in kan stemmen met een levensbeëindi­ging. De regeling zal daarom voor­zien dat de ouders - bijgestaan door de behande­lende artsen - de beslissing kunnen nemen als het kind daartoe niet in staat is (zie de EIB-Nieuwsbrief van 30/10/2020).

De minister stelt de aanpassing voor als 'dé oplossing waar­mee terminaal zieke kinderen, hun ouders en ook hun behandelaars kunnen geholpen worden' op voorwaarde dat een arts tot besluit komt dat levensbeëindiging 'het enige redelijke alterna­tief is dat het uitzichtloos en ondraag­lijk lijden van het kind kan beëindigen'.

In Nederland is euthanasie sinds 2002 mogelijk bij elke patiënt vanaf 12 jaar die ondraaglijk en uitzicht­loos lijdt en ermee in kan stemmen. Sedert de aanneming van het 'Protocol van Groningen' in 2004 kun­nen artsen ook euthanasie uitvoeren op pasgeborenen die door een ernstige ziekte ondraaglijk lijden en wier levenskwaliteit ondermaats is bevonden. Bij een pasgeborene geven de beide ouders toestemming en nemen zij de eindbeslissing (zie het EIB-dossier (FR) van 12-04-2014).

De aangekondigde aanpassing is het logische gevolg  van de LZA/LP-regeling die het ongeboren leven, het leven na de geboorte en tot de dood louter beoordeelt vanuit het autonomiebeginsel en een bepaalde opvatting over de kwaliteit van leven. Ze zal volgens de regering reeds dit jaar in voege komen met de belofte dat zal worden toegezien of de toepassing ervan in de praktijk tot het verhoopte resultaat zal leiden.