Nederland: een wetsvoorstel om zelfdoding toe te staan vanaf de leeftijd van 75 jaar

Auteur / Bron : Gepubliceerd op : Thema : Einde van het leven / Euthanasie en geassisteerde zelfmoord Nieuws Temps de lecture : 2 min.

 Afdrukken

Het Nederlandse parlement buigt zich binnenkort over een wetsvoorstel om hulp bij zelfdoding vanwege een “voltooid leven” toe te staan vanaf de leeftijd van 75 jaar, ongeacht de medische toestand. De tekst, ingediend door parlementslid Pia Dijkstra van de D66-partij (liberaal links), is een verdere stap in de richting van de bekroning van een "recht om te sterven" in een land waar al 4,2% (in 2019) van de bevolking sterft door euthanasie.

 

In de toelichting bij het voorstel staat als uitgangspunt dat het besluit om zelfdoding te plegen strikt persoonlijk is en dat "niemand zal ooit over een ander kunnen zeggen dat diens leven voltooid is". De wettekst voorziet echter dat een "levenseindebegeleider " zal moeten nagaan of de verschillende voorwaarden, zowel naar vorm als naar inhoud, geëerbiedigd worden : hij of zij zal vooreerst met de bejaarde de opportuniteit moeten bespreken om de familieleden bij het gesprek te betrekken, tevens ervan overtuigd moeten zijn dat het verzoek om te sterven "vrij, weloverwogen en volhardend" is, ook minimum tweemaal gedurende een periode van ten minste twee maanden met de persoon in gesprek gaan, en er vooral van overtuigd moet zijn dat er geen andere hulp wenselijk is voor deze persoon, om hem of haar opnieuw levenslust te geven. Ten slotte moet hij zeker zijn dat de persoon nog een redelijk onderscheidingsvermogen heeft in de belangen die op het spel staan. Hieraan moet worden toegevoegd dat het voor het verkrijgen van hulp bij zelfdoding noodzakelijk is de Nederlandse nationaliteit te hebben of ten minste twee jaar in Nederland te wonen.

 

De levenseindebegeleider zal een specifieke opleiding in begeleide zelfdoding gevolgd hebben en moet ook een diploma hebben als verpleegkundige, arts, gezondheidspsycholoog of psychotherapeut. Hij of zij zal ook de (niet-bindende) advies van een tweede begeleider moeten vragen bij elke zaak. Het is dus uiteindelijk aan de levenseindebegeleider om te beslissen of er al dan niet toestemming kan gegeven worden voor de zelfdoding van de bejaarde. Indien niet wordt voldaan aan de bovengenoemde voorwaarden, is de levenseindebegeleider tuchtrechtelijk en/of strafrechtelijk aansprakelijk. Elk geval wordt a posteriori gecontroleerd door een regionale commissie die is opgericht naar het voorbeeld van de regionale commissies die verantwoordelijk zijn voor de controle bij het toepassen van euthanasie.

 

Twee aspecten van dit wetsvoorstel moeten benadrukt worden :

Ten eerste kunnen we niet anders dan constateren dat er een contradictie bestaat tussen de wens van de indiener om zelfmoord onder ouderen volledig te liberaliseren en de overheersende rol van de begeleider van het levenseinde, van wie de toestemming voor de zelfdoding uiteindelijk afhangt.

In dit opzicht is het wetsvoorstel een nabootsing van het wettelijk kader voor euthanasie (overheersende rol van de arts), met als bijzonderheid dat het lijden in kwestie psychologisch is en niet somatisch.

Ten tweede roept dit wetsvoorstel de vraag op naar de plaats van de ouderen in onze samenlevingen, en meer in het bijzonder in een welvarende westerse samenleving waar het BBP per hoofd van de bevolking tot de hoogste ter wereld behoort (15e plaats voor Nederland). Welk signaal geeft dit wetsvoorstel aan de ouderen ? En waarom zou zelfdoding vanaf de leeftijd van 75 jaar gerechtvaardigd zijn? "Voor deze grens van 75 jaar is gekozen odmat mensen die deze leeftijd bereikt hebben al een relatief lang leven achter de rug hebben", legt Pia Dijkstra, auteur van het wetsvoorstel, uit.

 

Er zij aan herinnerd dat er onlangs door Nederlandse onderzoekers een studie is uitgevoerd, die zich specifiek richtte op de groep mensen boven de 55 jaar die willen sterven zonder aan een ernstige ziekte te lijden. De onderzoekers merkten op dat de wens om te sterven niet gerelateerd is aan de gevorderde leeftijd, maar vooral dat het vaak complex en veranderlijk is: het ontwikkelt zich niet lineair, is niet onomkeerbaar en wordt versterkt door factoren als ongerustheid (voor toekomstige of hypothetische scenario's), financiële problemen, gezondheidsproblemen, eenzaamheid, de afhankelijkheid en het gevoel een last te zijn voor anderen. Dit brengt de onderzoekers tot de conclusie dat de term "voltooid leven" zich niet leent voor deze situaties, die hun deel van het lijden en in sommige opzichten van onbekwaamheid kennen. (Zie IEB-bulletin)

 

Het is nu aan de Raad van State om binnen 3 maanden een uitspraak te doen over het wetsvoorstel. Aangezien de volgende verkiezingen in Nederland gepland zijn voor maart 2021, lijkt het weinig waarschijnlijk dat er voor het einde van deze legislatuur over de tekst zal gestemd worden.

 

 

Lees verder : 

Dossier : Euthanasie et " vie accomplie " aux Pays-Bas

Dossier : Fatigue de vivre et euthanasie : où en est la réflexion en Belgique ?