Europees Parlement: bestaat er een "recht op abortus" in de EU?

Auteur / Bron : Gepubliceerd op : Thema : Begin van het leven / Abortus Nieuws Temps de lecture : 2 min.

 Afdrukken

"Veilige en legale toegang tot abortus op basis van de gezondheid en de rechten van vrouwen": zo formuleert het de Commissie voor de Rechten van de Vrouw en Gendergelijkheid van het Europees Parlement in de delicate kwestie van abortus.

Op 11 mei hechtte de Commissie haar goedkeuring aan het ontwerpverslag en de ontwerpresolutie, ingediend door EP-lid Predrag Fred Matić, betreffende "de situatie op het gebied van de seksuele en reproductieve gezondheid en rechten in de Unie, in de context van de gezondheid van vrouwen".

In de komende weken zal de plenaire vergadering van het Europees Parlement moeten stemmen over de definitieve aanneming van de tekst.

Gebruikmakend van de term "seksuele en reproductieve rechten" roept de resolutie de lidstaten op om de toegang van burgers, met name vrouwen, te garanderen tot : "alomvattende seksuele voorlichting; moderne contraceptiemethoden; zorg tijdens, vòòr en na de bevalling; verloskundige zorg; zorg voor de pasgeborenen; veilige en legale abortusdiensten; preventie en behandeling van HIV-infectie en andere seksueel overdraagbare aandoeningen; diensten voor het opsporen, voorkomen en behandelen van seksueel en op gender gebaseerd geweld; behandeling van kanker van het voortplantingssysteem; en diensten op het gebied van reproductieve gezondheid".

Het gevoelige abortusvraagstuk wordt dus uitsluitend vanuit het oogpunt van de "vrouwenrechten" bekeken, waarbij in de ontwerpresolutie voorbij wordt gegaan aan de ethische, sociale en culturele dimensies van abortus en aan het belang om rekening te houden met de specifieke context van elke lidstaat op dit gebied.

Meer fundamenteel lijkt de resolutie vanuit juridisch oogpunt in drie opzichten in strijd te zijn met het Europees recht.

Ten eerste: door abortus uitdrukkelijk als een integraal onderdeel van de gezondheid van vrouwen te beschouwen, overschrijdt het voorstel de bevoegdheden van de EU. Enerzijds valt de volksgezondheid onder de bevoegdheid van de lidstaten, ten aanzien waarvan de EU op dit gebied slechts een ondersteunende bevoegdheid heeft. Anderzijds gaat het onderbrengen van abortus onder gezondheidszorg, met het argument dat die wordt uitgevoerd door medisch personeel, aanzienlijk verder dan een ondersteunende bevoegdheid.

Ten tweede: door abortus te beschouwen als onderdeel van "vrouwenrechten", is het voorstel in strijd met de rechtspraak van het Europees Hof voor de Rechten van de Mens, volgens dewelke abortus als zodanig niet kan ondergebracht worden bij een grondrecht in de zin van het Europees Verdrag tot Bescherming van de Rechten van de Mens.

En ten derde: het voorstel verleent medisch personeel niet het recht op gewetensbezwaar en om “ervoor te kiezen geen producten of diensten te leveren waartegen zij moreel gekant zijn, met inbegrip van abortus of het voorschrijven, verkopen van en het geven van advies over voorbehoedsmiddelen". Dergelijke interpretatie wijkt ook hier aanzienlijk af van de wijze waarop dit recht wordt uitgelegd in de Europese wetgeving inzake mensenrechten, met name artikel 10, lid 2, van het Handvest van de Grondrechten van de Europese Unie en artikel 9 van het Europees Verdrag tot Bescherming van de Rechten van de Mens.